Vergroot contrast

Cameratoezicht op de werkplek

Cameratoezicht op het werk kan helpen tegen bijvoorbeeld diefstal of beschadiging van eigendommen. Maar de inbreuk op de privacy van de werknemers en bezoekers is groot. Daarom mogen werkgevers alleen camera’s ophangen als zij aan een aantal voorwaarden voldoen.

Werkgevers moeten ervoor zorgen dat de inbreuk op de privacy zo klein mogelijk is. Een camera in bijvoorbeeld een toilet of kleedhokje gaat te ver, omdat mensen dan bloot in beeld kunnen komen.

Verder mag de camera geen geluidsopnamen maken. Dit is voor het doel namelijk niet nodig.

Gerechtvaardigd belang

De werkgever moet een gerechtvaardigd belang hebben voor het cameratoezicht. Bijvoorbeeld diefstal tegengaan of werknemers en bezoekers beschermen.

Noodzaak cameratoezicht

Het cameratoezicht moet noodzakelijk zijn. Dat wil zeggen dat de werkgever het doel, bijvoorbeeld fraudebestrijding, niet op een andere manier kan bereiken. Is er geen andere mogelijkheid, die minder ingrijpend is voor de privacy? Dat moet de werkgever eerst nagaan.

Ook mag het cameratoezicht niet op zichzelf staan. Het moet onderdeel zijn van een totaalpakket aan maatregelen.

Privacytoets

De werkgever moet eerst een privacytoets uitvoeren. Dit betekent dat de werkgever de belangen en rechten van de werknemers en bezoekers afweegt tegen zijn eigen belang.

Ook moet de werkgever de plannen vooraf met de ondernemingsraad (OR) bespreken. De OR moet vooraf ingestemd hebben met de camera’s voordat de werkgever kan starten met het cameratoezicht.

DPIA

Zet de werkgever grootschalig en/of systematisch cameratoezicht in om diefstal en fraude door werknemers te bestrijden? Dan moet de werkgever een data protection impact assessment (DPIA) uitvoeren.

Dit is bijvoorbeeld zo als de werkgever structureel of gedurende een langere periode cameratoezicht inzet voor dit doel.

Wil de werkgever een verborgen camera (heimelijk cameratoezicht) inzetten? Dan moet de werkgever hiervoor altijd een DPIA uitvoeren. Ook als het heimelijk cameratoezicht incidenteel is.

Rechten werknemers en bezoekers

De werkgever moet ervoor zorgen dat de werknemers en bezoekers weten dat er een camera hangt en voor welk doel deze er hangt. Bijvoorbeeld door bordjes op te hangen.

Daarnaast geeft de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) de volgende privacyrechten aan betrokkenen:

  • het recht om gegevens (camerabeelden) in te zien;
  • het recht om vergeten te worden;
  • het recht op beperking van de verwerking;
  • het recht om bezwaar te maken tegen het gebruik van persoonsgegevens.

Bewaartermijn camerabeelden

De werkgever mag de camerabeelden niet langer bewaren dan noodzakelijk is. De richtlijn hiervoor is maximaal 4 weken.

Maar is er een incident vastgelegd, zoals diefstal? Dan mag de werkgever de betreffende beelden bewaren tot dit incident is afgehandeld.

Nieuws

Alle nieuwsberichten over het onderwerp 'Cameratoezicht op de werkplek'

Alle antwoorden op mijn vragenVragen over cameratoezicht op de werkplek

  • Mag mijn werkgever een verborgen camera gebruiken?

    Nee, normaal gesproken mag dat niet. Maar heeft uw werkgever duidelijke vermoedens van bijvoorbeeld diefstal of fraude door werknemers? Dan kan uw werkgever onder bepaalde voorwaarden gebruikmaken van een verborgen camera (heimelijk cameratoezicht).

    Voorwaarden verborgen camera

    Uw werkgever mag alleen een verborgen camera gebruiken als hij in ieder geval aan de volgende voorwaarden voldoet:

    • Het lukt uw werkgever niet, ondanks allerlei inspanningen, om een eind te maken aan de diefstal of fraude.
    • Het gebruik van de verborgen camera is tijdelijk (permanent heimelijk cameratoezicht is nooit toegestaan!).
    • De inbreuk op de privacy van de werknemers is zo klein mogelijk. Een camera op bijvoorbeeld het toilet gaat te ver, omdat mensen dan bloot in beeld kunnen komen.
    • Uw werkgever heeft de werknemers er vooraf op gewezen dat verborgen camera’s in bepaalde situaties (diefstal of fraude) mogelijk zijn. Bijvoorbeeld in het personeelsreglement of in een reglement cameratoezicht.
    • Uw werkgever informeert de betrokken werknemers achteraf over het gebruik van de verborgen camera.
    • Uw werkgever heeft instemming van de ondernemingsraad voor een regeling over de inzet van (verborgen) camera's.
    • Uw werkgever heeft een data protection impact assessment (DPIA) uitgevoerd. Tenzij het gaat om bestaand beleid voor de inzet van heimelijk cameratoezicht. En de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) dit beleid in het verleden al heeft goedgekeurd en de verwerking in de tussentijd niet is veranderd.
    • Is uit de DPIA naar voren gekomen dat de beoogde inzet van (verborgen) camera’s een hoog privacyrisico oplevert? En lukt het uw werkgever niet om maatregelen te vinden om dit risico te beperken? Dan moet uw werkgever met de AP overleggen voordat hij met het cameratoezicht start. Dit wordt een voorafgaande raadpleging genoemd.
       
  • Mag mijn werkgever bewakingsbeelden gebruiken om mij te beoordelen?

    Nee, dat mag niet. Uw werkgever mag onder voorwaarden camera’s inzetten met als doel zijn personeel en eigendommen te beveiligen. Maar uw werkgever mag deze camerabeelden niet gebruiken om werknemers aan te spreken of te beoordelen op hun functioneren.

    Dat is namelijk niet verenigbaar met het oorspronkelijke doel van de inzet van camera’s: de beveiliging van personeel en eigendommen. 

    Het is overigens ook niet toegestaan dat uw werkgever camera’s inzet met als doel werknemers te beoordelen op hun functioneren. Dat maakt een te grote inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van het personeel.

  • Mag mijn werkgever mij stiekem filmen voor trainingsdoeleinden?

    Nee, dat mag niet. Bijvoorbeeld mystery shopping met een verborgen camera is niet toegestaan.

    Uw werkgever mag een verborgen camera alleen gebruiken om bijvoorbeeld diefstal of fraude op te sporen. En dan alleen nog als uiterste redmiddel. Voor andere doelen, zoals trainingsdoeleinden, is een verborgen camera een te zwaar middel.

  • Wat heeft de OR te zeggen over cameratoezicht op de werkplek?

    De ondernemingsraad (OR) speelt een belangrijke rol bij de beslissing cameratoezicht in te zetten op de werkplek.

    Uw werkgever heeft instemming van de OR nodig voor een regeling over de inzet van (verborgen) camera’s.

    Personeelsvolgsysteem

    Volgens de Wet op de ondernemingsraden (WOR) heeft de OR instemmingsrecht bij het besluit om een personeelsvolgsysteem te gaan gebruiken. Een personeelsvolgsysteem is elk geautomatiseerd systeem dat geschikt is om personeel te volgen. Ook als dit niet gebeurt maar het wel zou kunnen, is zo’n systeem een personeelsvolgsysteem.

    Omdat cameratoezicht ook te gebruiken is als personeelsvolgsysteem, moet de OR dus instemming verlenen voordat de werkgever camera's mag ophangen. Voor meer informatie over controle van werknemers en de rol van de OR hierbij, zie: Controle van personeel.