Productstandaarden AI-verordening
In de AI-verordening staan regels voor het verantwoord ontwikkelen, produceren en gebruiken van AI. Deze regels gelden voor bedrijven, overheden en andere organisaties. Producten en diensten met een AI-component moeten voldoen aan deze regels. Europese productstandaarden moeten verdere invulling aan deze regels geven.
Op deze pagina
Het gaat bijvoorbeeld om regels voor risicobeheer, de kwaliteit van de gebruikte data, technische documentatie en registratie, transparantie en menselijk toezicht. Dankzij deze standaarden krijgen ontwikkelaars en producenten houvast, neemt het vertrouwen van consumenten toe en kunnen toezichthouders beter toezicht houden.
Aanbieders zijn niet verplicht om de normen te volgen. Maar als zij dat wel doen, dan wordt aangenomen dat hun AI-systemen voldoen aan de eisen in de standaarden. De standaarden maken de praktische invulling van de regels duidelijker.
Betrokkenheid AP bij standaardisering
In opdracht van de Europese Commissie (EC) werken CEN en CENELEC, 2 normalisatie-organisaties, deze productstandaarden uit. Via de NEN, de organisatie die in Nederland normen beheert, vertegenwoordigt de normcommissie AI & Big Data de belangen van de Nederlandse markt en deelnemende organisaties.
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) bereidt zich voor op een actieve rol in het toezicht op de AI-verordening. De AP is ook betrokken bij de ontwikkeling van standaarden die helpen om de AI-verordening na te leven. De AP is lid van de Nederlandse normcommissie AI & Big Data en vaardigt experts af naar de Europese werkgroepen van JTC-21 (CEN/CENELEC). Hierin werken Europese experts uit onder andere het bedrijfsleven, NGO’s en overheden aan de ontwikkeling van standaarden. De AP doet dit omdat standaarden een belangrijk hulpmiddel kunnen zijn om te voldoen aan de AI-verordening.
Rol van de AP in het proces
De experts die vanuit de AP deelnemen aan het standaardisatieproces, dragen met hun kennis en ervaring bij aan de standaarden. De ontwikkeling van de standaarden is een complex proces, waarbij veel partijen met verschillende belangen betrokken zijn.
De AP heeft geen doorslaggevende stem in het bepalen van de kwaliteit en doeltreffendheid van een standaard. Of over de mate waarin grondrechten worden beschermd. Wel probeert de AP tijdig inhoudelijke input te geven, zodat de standaarden zo goed mogelijk aansluiten bij wat nodig en werkbaar is.
Uiteindelijk beoordeelt de EC of de binnen JTC-21 ontwikkelde standaarden voldoende zijn om naleving van de AI-verordening te ondersteunen.
Waarom brede vertegenwoordiging belangrijk is
De AP vindt het belangrijk dat de ontwikkeling van AI-normen evenwichtig en transparant gebeurt, met aandacht voor alle belangen en de bescherming van grondrechten. Daarom is het belangrijk dat zoveel mogelijk verschillende (maatschappelijke) belangen vertegenwoordigd zijn in organisaties als NEN en JTC-21.
De AP moedigt bedrijven, maar juist ook overheden en andere organisaties die staan voor de bescherming van grondrechten en de belangen van burgers, dan ook aan bij te dragen aan dit proces.